donderdag 27 februari 2020

De eerste dagen thuis


Deze tekst zou het van mij ook mogen zijn:

Wakker liggen naast jou,
is waar ik ook van hou.

Want dat slapen, dat wil nog steeds niet lukken. Ik moet er bij zeggen dat ik vóór het ziekenhuis ook gemiddeld twee nachten per week weinig tot niets sliep. Een overgangs-dingetje, vermoed ik.


Nu wil het helemaal niet. Moeizaam val ik rond 00.00 uur in slaap, om rond 1.30 weer wakker te worden. Eén keer viel ik nog weg tot 3.00 uur, maar langer dan dat werd het niet. De eerste twee nachten thuis bleef ik liggen tot 6.30 uur. Vandaag gleed ik al om 5.00 uur mijn bed uit. Ik heb er geen geduld voor, voor dat zomaar stil liggen.

Ben ik dan niet moe overdag? Ja, héél erg. Of ik een hele week kamp heb gedraaid en er een vrachtwagen over me heen is gereden. Ik ga dus maar 3 à 4 keer per dag plat onder een dekentje op onze heerlijke bank. Ook dan slaap ik niet, maar na een half uurtje heb ik wel weer energie getankt om door te kunnen.


Mijn eerste ochtend weer thuis, ben ik maar gelijk begonnen om aan mijn conditie te werken. Wandelend naar de apotheek, want ik had nog niets in huis. Wat was het blauw, stralend, zonnig en fris buiten. 

Ik trok een nummertje, wachtte netjes op mijn beurt en leverde toen mijn drie A4'tjes recept in. Na een minuut of tien vroeg ze of ik het later op kon komen halen? 
Nou, nee, ik heb het nu nodig. Ja maar dat duurde zo lang om het klaar te maken en dan moesten de anderen zo lang wachten. Echt? Al die mensen die net als ik zaten te wachten, tien minuten geholpen werden en met hun spulletjes naar huis gingen. 
Het was vervelend om hen te laten wachten? Dat wilde ik ook gewoon. En dat mocht niet?Ik moest terug komen? 


"Wanneer dan?" vroeg ik?
"Over een uurtje?"
"Goed dan. Hoe laat is het nu?"
"Tien uur."
"Dan ben ik wel rond 11 uur terug."
"Ja, of 12 uur?"
"Nee-hee, ik heb mijn Prednison nodig."

Ik vond het echt raar. Iedereen om me heen ging met zijn medicijnen naar huis en ik moest nog een keer heen en weer komen wandelen.


Thuis gekomen keek ik op de klok. What the f*ck?! Het was 9.48 uur. Net kwart voor tien geweest dus. En in de apotheek zeiden ze me dat het daar al tien uur was! Ik werd er gewoon in de maling genomen. 

Ik probeerde me maar niet boos te maken en omdat er iets tussen kwam, liep ik uiteindelijk pas om 12.20 de apotheek weer binnen. Alwaar er nog niets voor me klaar stond en ik er uiteindelijk alsnog 20 minuten op heb moeten wachten. Ik weet niet of het terecht is, maar inwendig was ik woest. 


Ik kreeg er ook nog een fikse factuur bij. Voor 2 artikelen, voor slechts 2 weken gebruik. Daarvan vind ik ook dat ze je vooraf zouden moeten informeren, zodat je over alternatieven na kunt denken. Nu word je compleet voor het blok gezet. 
Waarschijnlijk ruim vijf maanden lang een maagbeschermer slikken voor €1 per dag én 3x (te?) dure Vitamine B12 vind ik pittig. Er zit trouwens ook belabberd weinig in zo'n
grote plastic pot.


Ik weet ik elk geval waar mijn centen én mijn eigen risico naar toe gaan dit jaar. Én we gaan waarschijnlijk op zoek naar een andere apotheek, want we hebben hier wel meer rare en onbehoorlijke dingen meegemaakt. Genoeg is genoeg.

Woensdag kreeg ik de afspraak voor op de poli toegestuurd. In plaats van na 10 dagen, 
weet ik nu pas na 14 dagen meer en krijg ik de eerste nieuwe bloeduitslagen.


Voorlopig is er geen reden om dit vervelend te vinden, want zo op het oog gaat het goed. De blauwe plekken verdwijnen momenteel snel en de spelt bloedinkjes op mijn benen zijn nagenoeg weg. So far so good.


Overeenkomstig zes jaar geleden, voel ik me enorm opgejaagd en opgefokt. Vandaar ook niet de rust om te slapen, denk ik. Ontspannen lukt zo niet.

Ook heb ik de hele dag honger. Allemaal herkenbaar. Lang leve de Prednison.


Intussen geniet ik van het thuis zijn. Een beetje aanrommelen. Een loopje naar de vuilcontainer. Vaatwasser leegruimen. Wasje vouwen. Een boodschapje. Bijpraten met mijn huisgenoten. En me verbazen over al die lieve berichtjes en kaartjes. De fleurige bloemen. En al het lekkers dat me toegestopt wordt. Dank jullie wel allemaal.

Alles gaat hier nu op het gemak en dan lukt het prima. Zo kom ik er wel.


Samen met mijn eigen kussen, want die haalde ik ook nog even op.

dinsdag 25 februari 2020

Met veel dank, terug op eigen bank

De nacht van zondag op maandag was een relatief goede. Ik blij en wat zie je dan met een ander gevoel de zon opkomen zeg. Ze wilden me wél aan een slaappil hebben. Maar ik vind dat mijn lever en nieren al genoeg te verduren hebben. Geef liever de buurman een flinke pil, dacht ik nog. Laten ze dat nou gedaan hebben! 

Ook deden ze de gordijnen rondom mijn bed helemaal dicht. Om het licht tegen te houden, was de verklaring. Nou. Dàt helpt zeg *not*. Ik zou zeggen, kom eens even 5 minuten in zo'n bed liggen en ervaar zelf wat het effect is. Maar. Ik vond het wèl fijn, 
zo in mijn eigen tentje.


Hij was er zwaar van onder zeil en daardoor heb ik best wat hazenslaapjes kunnen maken.

Dat de ochtend om half zeven - prima tijd toch? - in geuren en kleuren begon kon ik wel weer hebben.

Denk aan de combinatie: versuft, in de war, volle darmen, antibiotica en je kunt het drollenspel bijna voor je zien. Ik had zó met hem te doen.

Om negen uur liep te laborante me straal voorbij. Huh? Geen bloedprikken? De verpleging zag later inderdaad niet in mijn dossier staan dat het aangevraagd was. Is dat niet een beetje gek dan, als ze me misschien naar huis willen laten gaan?

Ik ben terug gaan zoeken naar mijn oude blogs en maakte notities van het verloop toen. Jeetje, wat bleek ik toch ook al weer veel vergeten te zijn. Vier en een halve maand prednison en als bonus drie en een halve maand in een donkere wereld. Totaal zo'n zeven maanden met het hele proces bezig geweest. Hopelijk wordt het een hele zonnige zomer en gaat dat me er straks een beetje doorheen helpen.

Afijn. Halverwege kwam er een hematoloog langs. Fijne kerel. We begrepen elkaar direct. Natúúrlijk moest er bloed geprikt worden. Ik vuurde al mijn vragen op hem af, waarvan ik me had voorgenomen 'die antwoorden moet ik hebben, anders vertrek ik hier niet'.
Zijn wenkbrauwen fronsten. Hij begreep mijn vragen, maar de uitslagen in de computer niet. Te veel onduidelijkheden. Maar hij ging alles op een rijtje zetten en zou laten terugkomen. 

Half twee kwam de lab-meneer weer eens wat rood vocht uit me jassen. Afwachten maar.

~ Elke dag een kleine snack. Ik heb hier heel lekker gegeten. ~

Ik bracht de tijd lezend en luisterend naar podcasts door. Top oplossing, oortjes in en je daarmee afsluiten voor Buurman Theo. En intussen peinzend over het lichtprobleem in de badkamer. Waarom kan ik dat gedoe in mijn hoofd toch nooit helemaal uit zetten?

Het is een badkamer met schuifdeur. Schuif de deur open, doe 1 stap naar binnen en via de sensor schiet het licht aan. Bij het naar buiten gaan, gaat daarna na 10 minuten het licht uit. Ik kan je zeggen, dat is f*cking lang als dat in de nacht een keer of tig gebeurt en dit de hele kamer in het felle licht zet.

Afijn, sinds het spetterpoep in incident was het systeem in de war. Gevalletje sensor bevuild? ik had de nachtverpleegkundige ook al horen mopperen, maar hé, op een gegeven moment ging het licht toch aan, dus probleem opgelost. Dacht hij.

Ik dacht van niet. Want toe ik ging testen bleef het aardedonker toen ik de deur open schoof. Ik stapte naar binnen. Niks. Ik deed de deur achter me dicht. Stik hemeltje donker. Pas toen de deur even in het slot zat, schoot het licht aan.

Dat leek me gezien de situatie op onze kamer behoorlijk gevaarlijk. Want hij ging nog steeds op eigen houtje, zelf aan de wandel. Dan me er toch maar tegenaan bemoeien. 
Ik weet al wie er nu denken: laat toch gaan. Maar. Ik. Kan. Dat. Niet.

"Heeft jullie nacht collega melding gemaakt van het lichtprobleem op onze kamer?"
"Nee, niet dat ik weet. Ik zal het nakijken en misschien even contact zoeken met de technische dienst."
"Uhh, die staan toevallig nú op de gang".

Probleem gemeld en binnen 10 minuten kwamen ze op de kamer. Het was snel opgelost.
"Zo. Nu zetten we de timer van de sensor weer aan. Op hoeveel moet die? Vier minuten is minimaal."
"Ik denk niet dat ik daar iets over te zeggen heb".
Ze keken me met een grote grijns aan. "Nou, wij denken van wel. Zeg het maar."

Vier minuten dan. Dat zijn er nog 3 te veel, maar al véél beter dan het was.
Ook weer gefikst. Alstublieft buurman.


Nog een aantal keer kwam de hematoloog langs. Steeds met een paar antwoorden. 
Maar ook met het verlossende woord, waar ik inmiddels wel naar uitkeek. "U kunt straks gaan, als alles geregeld is."

Ik ga met redelijk veel onbeantwoorde vragen naar huis. Omdat uitslagen op zich laten wachten. Dat geeft niet. Wachten kan ik thuis prima. Als ik voor deze korte termijn maar weet waar ik aan toe ben.

- Bloedplaatjes zijn nu 55. Naar huis met 55 mg Prednison. Dat is 10 mg minder dan ik tot nu kreeg. Vind ik best gewaagd, want zo'n hoge stijging vind ik het nog niet. 
- Over een dag of tien naar de poli voor het vervolg.
- Er zijn antistoffen aangetoond die verwijzen naar auto immuunziektes. Dit wordt nog verder uitgezocht.
- Ze achten het niet waarschijnlijk dat de Metropolol - bloeddruk verlagers die ik sinds kort gebruik als preventief migraine middel - de trigger is geweest voor het probleem van nu. Dus daar ga ik weer mee starten. En dat vind ik heel fijn, want ik had er baat bij.
- HB is hoog in de 7.
- Vitamine B12 aan blijven vullen.
- Leuko's zijn nu 3.5. Maar zijn tijdens de opname ook 1.4 geweest. Die schommeling heeft de aandacht.

Hoe toevallig. Het engeltje dat mij 6 jaar geleden naar huis bracht, kwam om een hoekje kijken. "Mag jij naar huis? Hoe ga je dan?" We waren dat net aan het bedenken. Oudste was aan het werk en Jongste mag niet alleen naar het ziekenhuis rijden. Nog geen 18 hè en een vader zonder rijbewijs.

"Dan breng ik je." Heerlijk, was dat. Net zo heerlijk als al die lieve berichtjes en andere vormen van aandacht die ik maar al te graag over me heen laat komen.

Ik nam afscheid van Theo en de verpleging. "Nou, naar jou heb ik hier het minste omkijken gehad zeg." Ze had me dus het Mol-incident echt vergeven.

Buiten hing ik 5 minuten tegen de storm aan. Wat. Een. Zaligheid. Buiten, ik had het gemist.

En toen zat ik 's avonds dus thuis op de bank. Echt, we zijn zó blij. Ik en al mijn mannen.
Lange lijven dicht tegen me aan, eindeloze knuffels en we hebben voor de hele week weer zó gelachen. 

~ Oudste reed direct na zijn werk langs de Mac voor mijn lievelings Sundays. ~

Dinsdag moet ik toch nog even terug. Ben ik toch gewoon mijn eigen kussen vergeten mee naar huis te nemen...dom dom dom. 

zondag 23 februari 2020

Op dag 4 naar 40

Het is gelukt. Ik heb Wie is de Mol? kunnen zien. Tussen gordijn dicht, oortjes in en focus op het beeld. De verpleegkundige vriendelijk verzocht om om half tien terug te komen voor haar controles. Brutaal, onbeschoft en onaardig. Nou, laat ik dat dan nou ook eens een keertje geweest zijn. Ik heb achteraf netjes mijn excuus aangeboden. Het is het me waard geweest.


Natuurlijk zat ik er weer eens naast. Buddy is gewoon een rondje Vedder.

Om elf uur was zowaar het licht uit. Dus ik was klaar voor een fijne nacht. Om half één lag ik nog helemaal wakker. Ik ben gaan lopen op de gang en met een boekje neergestreken bij de warme chocomel. Waar ik na nog geen 5 minuten gezoend werd door een man. Het bleek de security medewerker die verdacht veel op mijn zwager leek.

Om half twee stapte ik weer in bed. Waar Buurman Theo ook niet kon slapen. Hij bleef de hele nacht actief. Mopperend. Klagend. Roepend. Infuus-piepend. Vloekend. En vooral om het feit dat het wat onrustig was op de afdeling door een zieke mede-patiënt. Ik vond het reuze mee vallen gezien het tafereel wat zich de afgelopen dagen dicht in mijn buurt zich afspeelde. Man man man, wat was ie weer druk.



Uiteindelijk heb ik precies nul geslapen. Helaas. Weer niet gelukt. 
Om 7 uur zette Terror Theo zijn TV aan. Hard. Zonder het bijbehorend koptelefoontje te gebruiken. DNA onbekend. Klassiek met Witteman. Om half 8 was ineens mijn geduld op en stapte ik uit bed. "Buurman, wilt u alstublieft uw koptelefoontje gebruiken?"

Nee, dat wilde hij niet. Hij wist ook niet waar hij was. Nou, kwam dat even goed uit. 
Ik wel! Ik jaste hem van zijn kastje, plugde hem in en propte hem nog net niet op zijn bolletje. Dat mocht ie mooi zelf doen. Hij zette hem snel weer af. Te zacht.
Echt niet. Want ik wist wél hoe de knopjes werkten. Ik zette hem zo hard dat hij zijn eigen ademhaling niet meer kon horen.


~ Deze irriteert mateloos. Bijna 4 dagen lang moet die arm recht liggen. Lekker ontspannen is dat niet. ~ 

Ik krijg veel de vraag of ik niet om een andere kamer kan vragen. Dat kan, maar ga ik natuurlijk niet doen. Ik hoef geen privileges. Er liggen hier zoveel erg zieke mensen op de afdeling, moeten zij dan naast hem liggen? Nee hoor, ik zit het wel uit. Echt uitrusten hoop ik straks thuis te doen.

Dat moment komt dichterbij. Vanmorgen bleken de bloedplaatjes namelijk gestegen naar 40. Kijk, now we are talking. Morgen hoop ik dat er veel uitslagen van al die buisjes bloed binnen zijn en een vervolgplan duidelijk wordt. Dat kan vast prima vanaf thuis. 

Het is terug te zien aan mijn benen. De bloedinkjes zijn al een stuk minder te zien en de blauwe plekken worden minder intens.


Er ligt nog een heel traject voor me. Naar plaatjes boven de 150. Kijken of dit ook standhoudt bij afbouw van de prednison. Een kilootje of 8 groeien en deze er daarna ook weer af krijgen. Herpakken van de conditie. En. Waar ik echt tegenop zie, de afbouw van de prednison en de intens donkere periode die ik toen de vorige keer meemaakte. 
Ik heb altijd gezegd dat ik dat nooit meer wil ervaren. Maar ik vrees dat ik er toch niet aan ontkom.

Leg mijn dekentje maar vast op de bank thuis.

zaterdag 22 februari 2020

Dag 3 - de dag van Buurman Theo

Om te beginnen: lieve allemaal. Bedankt voor al jullie fijne berichtjes en jullie begrip. Dat doet me goed!

Het is nu zaterdagmiddag. Een dag met weinig gebeurtenissen. Geen bloed prikken, geen infuus, alleen medicatie. Tot morgen afwachten of het voldoende aanslaat.

Alle actie komt hier van buurman Theo. Het is net een film. Eentje met een diep triest randje, dat wel. Hij heeft een kwetsbare thuissituatie met de zorg voor zijn vrouw. Omdat hij niet gemist kon worden is hij flink over zijn grens heen gegaan en heeft veel te veel zware pijnstillers geslikt. Zo werd hij flink benauwd door een lelijke opiaat intoxicatie.
En enorm in het warretje. 

Onze kamer is klein, gordijntjes zijn dun en buurman Theo was zeer aanwezig. Alle grenzen vervaagden. Boerend en ruftend. Vloekend en tierend. Raaskallend. Heel veel pratend, tegen niemand in het bijzonder. Dacht ik.


~ Welke muis heeft hier aan geknabbeld? ~

Hij eindigde veel zinnen, met hè Beppie. Dan keek ie naar rechts en daar was ik. Uiteindelijk viel mijn kwartje. Hij deed net als thuis. Ratelde de hele dag door tegen zijn vrouw Beppie, die geduldig luisterend is en hem nooit onderbreekt. Beppie is namelijk erg in zichzelf gekeerd door dementie. 

Er was geen touw aan vast te knopen, onverstaanbaar en niet te stoppen. Gelukkig maakte het hem geen bal uit of ik wel of niet reageerde. Hij ging toch wel door en merkte mijn desinteresse niet op.

In de nacht hoorde en zag ik hem rommelen in het tasje medicijnen dat hij van thuis had meegenomen. Ik hoorde continu het doordrukken van de strips. Hij stond op standje thuis en nam fanatiek zijn medicatie in. Maar ja, dat hij die nu van het ziekenhuispersoneel ook al kreeg, dat kwartje viel niet. Hij snoepte dus die dubbel op lekker door.


~ De keuze is reuze ~

Tot hij niet meer op zijn benen kon staan. En na 20 keer beloven dat hij nu echt niet meer zelf uit bed kwam en om hulp zou bellen, hij 21 keer toch zelf aan de wandel ging. 
Twee keer draaien en hij zat verstrikt in zijn infuus- en zuurstofslang. Ik hield mijn hart vast. Dan is mijn lijntje toch dun tussen voor mezelf zorgen én voor hem. Ik werd de niet-opstaan-politie.

Tot ik toch even met mijn rug naar hem toe ging liggen en ik hem in de weerspiegeling van het raam overeind zag komen. Aan de verkeerde kant van het bed, met zijn infuuspomp aan de andere kant, en op zijn gladde sokken. Ik zag hem zó onderuit schuiven, zijn infuusslang strak trekken en kabàm als een zak aardappelen op de grond neer kletteren. Weer een heel circus op de kamer.



Als bonus kregen we bezoek: hij zag beestjes op de muur. Veel beestjes.

Om half elf deed ik een poppetje gezien, kastje dichtje. Ik schoof het gordijn tussen ons in dicht en zonderde me af. Licht uit, maar hij bleef onder zijn TL licht liggen. Toen ik om 01.15 uur wakker werd was het doodstil naast me. Maar de kamer nog steeds fel verlicht.

Ik schoof uit bed en gluurde om het gordijntje heen. Helemaal knock out was ie.
Mooi, kon ik het licht uitdoen. Ik volgde zijn snoertje op zoek naar de drukknopjes. Het eindigde onder zijn dekens. Hij lag met zijn billen op de knopjes. Uiteindelijk bracht de opgetrommelde nachtverpleegkundige - dit keer eentje die er wél zin in had - de verlossing. Donker. Eindelijk.

Ik pikte hier en daar wat uurtjes slaap en werd pas om 7.40 uur wakker toen het ontbijt naar binnen rolde. Had ik al gezegd dat de verzorging hier geweldig is?


~ Drie pillen er af, vijf erbij ~

Buurman Theo had zich inmiddels ontwikkeld van een keurige heer naar een Tarzan in incontinentie slip en opengescheurd pyjama jasje. Ach die man. En dan moest er om 10 uur ook nog een slecht nieuws gesprek plaatsvinden...

Dat werkte ontnuchterend. Daarna herkende ik plots de man die hij altijd geweest moet zijn. Er viel ineens een goed gesprek met hem te voeren. Hij bleek vol avontuurlijke verhalen. Met een rijke geschiedenis. Beetje jammer is nu dat hij overal op aan gaat.
Ongevraagd, onverstoord en ongepast.

Ach, ik zit mijn tijd wel uit. Ik heb er meer van dan hij.

Nou, dat waren de hoogtepunten van mijn dag hier. Ik voel me of er een vrachtwagen over me heen gereden is, maar jongens wat ben ik blij met mijn eigen kussen dat Wimmie hier naar binnen heeft gesmokkeld. En. Mijn praatjes doen het nog. Iets te goed volgens de man die 6 jaar geleden nog hevig in paniek was en alles nu onder controle heeft.

Voor de beelddenkers onder jullie zal ik geen verslag doen van mijn uiteindelijk geslaagde poging wat afvalstoffen te verzamelen voor onderzoek op listige beestjes. Iets met een ondersteek die wegglijdt van een krukje en het feit dat er echt niets anders in mag komen dan de vaste vorm. Nou, na 2 dagen liggen was die vaste vorm dik in orde. Ik denk dat mijn tante Wil er een aardig beeldje uit bikken kon.



Nou, tot zover. Inmiddels is het 19.45 uur. Een kwartier na bezoekuur en zojuist loopt de kamer vol met 5 man bezoek voor buurman Theo. Hij is in zijn element. De verteller staat weer voluit aan.

Ik heb het tussen gordijn al dicht geschoven en heb Spotify in mijn oren.
Over vijfentwintig minuten hoop ik hier De Mol te kunnen volgen. Want dàt laat ik me niet afpakken. Op naar de volgende punten in de poule. Ik zet in op Buddy er uit.

vrijdag 21 februari 2020

Pas op de plaats rust

Het ging bijna zes jaar goed. Ondanks alert zijn nestelde zich steeds dieper in mijn hoofd dat het vast incidenteel zou blijven. Deze week haalde de actualiteit me in. Sinds gisterenmiddag ben ik net als in 2014 opgenomen in het ziekenhuis. Het helpt emotioneel én rationeel enorm dat er zoveel herkenning is met toen. Dat houdt het voorspel- en behapbaar.

Wat me toen heeft geholpen is alle gebeurtenissen hier opschrijven. Dan hoef ik niets te onthouden en kan ik dingen terugzoeken. Tegelijkertijd hoeven wij dan een stroom berichtjes - die absoluut hartstikke fijn zijn - niet stuk voor stuk te beantwoorden. 
Want veel dingen die jullie vragen zijn hier dan te lezen. Zo spaar ik energie die ik goed gebruiken kan nu. Alvast bedankt.



Lang verhaal kort: mijn bloedwaardes zijn niet goed. Mijn normaalwaarden van het aantal witte bloedcellen (leukocyten) en bloedplaatjes (trombocyten, bij mij rond de 140) zijn altijd lager dan van de gemiddelde mens. Als het op dit niveau blijft heeft het wat beperkingen, maar geeft dat geen grote problemen.

Sinds zondag had ik het idee dat ik spelt bloedinkjes, onderhuidse bloedingen, op mijn onderbenen zag. Na een nachtje slapen leek het weer veel minder. Ik keek het een paar dagen aan, maar vanaf woensdagavond gingen mijn alarmbellen aan. Het werd erger en ging nu niet meer weg. In 2014 hadden ze me verteld dat bloedplaatjes met een waarde onder de 40 riskant is en pas onder de 10 zichtbaar als spelt bloedinkjes. Nou, dan weet je het wel. Daarbij overal forse blauwe plekken op mijn benen, dan is één en één echt wel 2.



donderdag morgen 20 februari 10.00 uur
Ik bel de huisarts. Ik wil hem mijn benen showen, mijn vermoedens checken en bloed laten prikken. Het is te druk, maar na mijn opsomming van feiten is de assistente zo om.

11.15 uur
Dat duurde inderdaad nog geen twee minuten. "Ga maar gauw bloedprikken."

11.45 uur
Parkeren is bij ons ziekenhuis niet bepaald op korte afstand. Ja, de parkeerplaats is er wel, maar daar staan mensen gedurende de hele dag in file te wachten tot iemand de P verlaat. Dan kan er precies weer één auto bij op. Ik kies dan altijd voor de P bij de sportschool. Dat is een kleine 10 minuten lopen. Ik ben me heel bewust van de frisse buitenlucht. Het kan zomaar eens een aantal dagen duren voor ik dat weer in kan ademen.



12.00 uur
Ik moet een CITO nummertje trekken en word ondanks de stampvolle wachtkamer direct geholpen. Dertig paar ogen kijken me aan. Alsof ik zojuist voordring bij de rij in de supermarkt. Sorry mensen! Ze tappen 8 buisjes bloed af.

Thuis gekomen gaan we aan de koffie en verse soep. Ik zorg dat ik goed gegeten heb. 
En denk alvast na over wat ik in mijn koffertje stop als mijn vermoedens kloppen.



13.25 uur
Volgens afspraak bel ik het telefonisch spreekuur van de huisarts. Ik sta nog in de wachtrij als om 13.30 de verbinding wordt verbroken. Als ik wéér bel, vertelt het bandje mij dat het spreekuur is afgelopen en dat ik om 14.00 uur een assistente kan bellen. Tuurlijk. 
Goed systeem dit.

13.55 uur
De huisarts belt mij. Ik vertel hem van mijn mislukte poging hem te bellen. Kan niet, is zijn idee. Mijn idee: kan niet, gebeurt toch. Hij ging het na laten kijken en dat lijkt me een goed idee.
Hij bracht me de uitslag die ik verwachte: bloedplaatjes waren gezakt naar waarde 1.
Nou, veel lager kan niet hè? Hij gaat overleggen met de internist.



13.58 uur
Huisarts aan de lijn. Direct melden bij de Spoed Eisende hulp (SEH).
Tijd dus om mijn koffertje te pakken.

15.00 uur
Oudste zet me met de auto af bij de achterkant van het ziekenhuis. Door het ziekenhuis loop ik met mijn rol koffertje achter me aan, alsof ik op vakantie ga, naar de voorkant. 
Ik meld me aan.



15.05 uur
Ik ben binnen en het circus gaat draaien. Infuusnaaldje. Opnieuw 8 buisjes bloed. 
En urinecontrole. Een röntgenfoto van het bovenlichaam. Daarna wachten op uitslagen en een behandelplan. Duidelijk is wel dat ik moet blijven. Ik had niet anders verwacht.

18.30 uur
Met bed en al word ik verhuisd naar de spiksplinternieuwe oncologie unit. Ook hier schrik ik niet van, want alles wat er gebeurt is een kopie van 2014. Ik ben er voorlopig alleen.
Maar krijg koffie! Dan vind ik het al een top afdeling.


18.45 uur
Er wordt gestart met de eerste serie gammaglobuline via een infuus. Ze passen de inloopsnelheid steeds aan en daardoor gaat om de klip klap de pieper van de infuuspomp.
Daar horen ook de bloeddruk en temperatuur controles bij. Ik laat het allemaal maar over me heen komen. Ik lig er als een verfrommeld vogeltje bij.
Ik krijg een broodmaaltijd, waar ik inmiddels wel aan toe ben. Prima geregeld.
Als ik van het toilet kom, en allemachtig wat moet ik vaak van al dat vocht, zie ik een vertrouwd silhouet in de ramen. Daar is Wimmie. Even vanuit zijn werk langs gefietst.

21.45 uur
De 3e interne verhuizing, nu naar een tweepersoonskamer. Het bed naast me is leeg.



22.15 uur
Ik krijg de eerste forse dosis prednison 65 mg.

23.00 uur
Ik doe de lichten uit en het valt direct op hoe ongelofelijk stil en rustig het hier is.
Snel val ik in slaap. 



00.30 uur
Naast me wordt een bed opgemaakt en al snel staat er een brancard met ambulance personeel op de gang. Meneer Theo wordt mijn kamergenoot. Nou, nu hoef ik me niet meer te vervelen. Live entertainment is gestart. Het wordt een serie hele slechte één tweetjes tussen Meneer Theo en de nachtdienst. Dat de eerste in het warretje is en wat onverstaanbaar praat, kan hij niets aan doen. Maar dat de verpleegundige geen moeite doet om hem te verstaan en begrijpen leidt tot schrijnende situaties. Onbeschoft zelfs.

Hilarisch is het moment dat hij haar onbedoeld 'terugpakt'. Ze vraagt naar een eerste contactpersoon. Hij weet het telefoonnummer niet van zijn zoon en wil dit opzoeken in zijn telefoon. Mevrouw heeft geen geduld (en zin?) er op te wachten en loopt weg. Hij gaat toch zoeken. Zodra ze terug is zegt hij hier is het en drukt direct op de dial knop. 
Staat zij ineens midden in de nacht met de zoon aan de telefoon waar ze duidelijk he-le-maal geen zin in had. Ik lach in mijn vuistje.

Later vergaat het lachen me wel. Urenlange harde gesprekken, continu het grote licht aan. Maar ja, slaap ie niet dan rust ie toch. Was het niet zo?

Op de gangen blijft het fijn stil én donker. Pas om 7 uur komt er rumoer. 

Er worden weer 10 buisjes bloed afgenomen. Later hoor ik dat de bloedplaatjes waarde gestegen is naar 13. Natuurlijk veel te laag, maar hij krabbelt op en daar gaat het om!



In de middag ga ik weer aan zo een zelfde serie gammaglobuline voor 4 uurtjes. Ik krijg weer de prednison en ook Vitamine B12. Daar blijk ik een licht tekort aan te hebben.
In tabletvorm, want de gebruikelijke injectie in een bil mag ik nu niet hebben.

Ik heb al vijf artsen aan mijn bed gehad als uiteindelijk ook de hematoloog langskomt. 
Hij gaat maandag verder de koers bepalen. Tot zolang lig ik hier dus nog wel.

Nou. Chapeau als je tot hier gelezen hebt. Ik lig hier goed en ben in prima handen. Enne...nogmaals bedankt voor de bloemen en ijzerkoekjes. Wat een mazzel dat daar 'niet delen' op staat zeg...



woensdag 19 februari 2020

Nòg een chauffeur in huis erbij

Hij had een missie. Namelijk zo snel mogelijk een auto rijbewijs halen, zodat hij niet meer afhankelijk zou zijn om naar de Efteling te kunnen. Pretparken zijn namelijk zijn passie en niet die van mij. Een paar keer per jaar wil ik hem er heen rijden en weer ophalen ook. Maar een paar keer is twee en dat is twee-tig keer minder dan hoe vaak hij graag zou willen. 

Met een rijbewijs is ook een abonnement onder handbereik en veel gelukkiger kun je hem niet maken denk ik.

Dus zodra de examendrukte achter de rug was, nog voor zijn 17e verjaardag, volgde hij zijn eerste rijles. Daarna leste hij twee keer per week. Hij zette de sokken er in.

Ergens in de herfst mocht hij zijn tussentijdse toets doen. Een kilometer voor aankomst bij het CBR brandde het lampje van de richtingaanwijzer van zijn lesauto door. Super snel moesten ze toen op en neer naar de rijschool om een andere lesauto op te halen. Dat deed zijn instructeur, hij mocht even op de bijrijdersstoel.

Met als gevolg dat toen hij af moest rijden, hij met een examinator naast zich voor het eerst in deze omruil-auto stapte. Een Volvo in plaats van de BMW waar hij altijd in reed. 
Na afloop vertelde hij het hele examen alleen bezig te zijn geweest met snappen hoe die auto in elkaar zat, want alles ging anders.

Dat was dus pech en een gemiste kans om goed te kunnen bepalen waar zijn leerpunten lagen voor de resterende lessen tot zijn echte examen. Gelukkig verdiende hij wél de vrijstelling voor de bijzondere verrichtingen.

De lessen die volgden waren om de puntjes op de i te zetten. Hij kwam nooit tevreden thuis. Altijd waren er nog wel verbeterpuntjes. Heb ik al eens verteld hoe kritisch hij op zichzelf is?


In afwachting van de examenoproep regelden we alvast zijn begeleiderspas, want hij wordt pas in de zomer 18.


Ook kocht ik leuke koekvormpjes.

Op een maandagmorgen in januari mocht hij afrijden. Precies op de ochtend dat hij ook 2 toetsen van de toetsweek moest maken. Ik vroeg hem hoe hij dat ging regelen? Hij keek me aan of hij water zag branden. Hoezo? Dan maar geen toetsen, was zijn idee.

Daar waren we het dus niet over eens. Hij doet het niet slecht in zijn eerste jaar op het VWO, maar zomaar twee toetsen missen en daarmee ook de kans op een herkansing verspelen, vonden wij onverstandig. Hij ging dan ook met frisse tegenzin akkoord met uitstel. Van het rijexamen welteverstaan.


Dinsdagmorgen om 8 uur vertrok hij van huis. Nog even inrijden en dan voor de leeuwen. Man, wat vonden wij het spannend. Hij was relaxen en zei ons voor vertrek: "Zenuwachtig? Neuh. Wat kan er nou eigenlijk mis gaan?" Heb ik al eens gezegd wat een heerlijk nuchtere vent het is?

Om 9.35 uur rammelde onze gezinsapp. Geslaagd! Sjonge jonge jonge, wat waren we blij voor hem.


Thuis ging ik gelijk aan de slag met koekjesdeeg.


Ik klooide wat aan met royal icing en spuitzakken.


Ik stond best wat uurtjes te knutselen in de keuken en binnen een kwartier was het bordje leeg. Daar moet ik toch nog eens iets op verzinnen.


De dagen erna stonden in het teken van het aanvragen van het rijbewijs bij de gemeente.
We vielen van de ene in de andere verbazing. Zonder afspraak konden we er niet terecht. Een afspraak maken kon op exact 1 tijdstip midden op de dag in een periode van 4 dagen. De eerst volgende mogelijkheid was dan pas weer een dag of 4 a 5 later, met opnieuw de keuze uit 1 tijdstip. Serieus? Kunnen er dus in 8 dagen tijd slechts 2 Schiedammers een rijbewijs aanvragen?

Er was ook nog een spoedprocedure. Dan konden we na 1 dag terecht, of pas 5 dagen later. Echt waar. Tegen meerkosten die bijna net zo hoog waren als de aanvraag van het rijbewijs zelf.

De broers gingen het uiteindelijk samen regelen. Onder schooltijd. Ook zo achterlijk.  
Je moet gewoon lessen missen , want buiten schooltijd kun je geen afspraak maken.

Het werd een aanvraag met nog veel meer hindernissen, die ik niet allemaal ga benoemen. Maar uiteindelijk is hij er. Kijk hem eens lachen *not*.


Op de terugweg reed ik direct naar dé parkeerplaats, waar ik ook zijn broer had laten wennen aan onze auto. Ik mocht zowaar een fotootje maken. Omdat ik hem ervan kon overtuigen dat dat vooral voor mij heel leuk was, omdat ik ook zo'n foto van mij en zijn broer heb.


Op naar heel veel veilige kilometers. Én op naar de Efteling.

zaterdag 15 februari 2020

Toen waren er nog 6

Vijf afleveringen hebben we er nu op zitten. Waarna je zou zeggen dat je nu toch zo ongeveer zou moeten weten naar wie we op zoek zijn in dit programma. Maar ik ben er nog niet uit. 

Wanneer ik er vanuit ga dat de programmamakers ons kijkers zolang mogelijk op het verkeerde been willen zetten, blijft er maar één persoon over. Dat is degene die nog steeds onder de radar zit en nooit verdacht in beeld is gebracht. Maar laat dat nou net degene zijn van wie ik denk dat ze gaat winnen en qua stereotypering juist niet De Mol kan zijn?

Ik denk er nog even over na, maar misschien ga ik binnenkort in de poule wel op safe spelen. Dan zet ik gewoon mijn punten toch in op Miljuschka en als zij dan inderdaad de finale haalt houd ik mijn punten. Of ze daar dan als Mol of als Winnaar staat, dat maakt voor de punten nu namelijk niet uit...

Het eerste spel in het Opera House van Luoyang met de 6 laser ringen vond ik erg leuk. Prachtig uitgedacht, maar eerlijk gezegd begreep ik de clou pas nadat ik de podcast van Annemieke gehoord had. Zonde dat dit op het moment van kijken aan ons voorbij gaat. Ook jammer dat we niet gezien hebben wat de uitkomst had moeten zijn. 

Het bleek een boeiende bende op het toneel en een hele geschikte opdracht om chaos te creëren. Een stoelendans met razendsnelle wissels. Samenwerken werd onmogelijk gemaakt. Verschillen in leeftijden werden genadeloos bloot gelegd. En hoe kon je je nu centreren wanneer je elk moment weer je cirkel uit moest en je in een andere moest inwerken. Niet te doen. 

Gelukkig was er een vliegende kiep. Of eigenlijk een soort van gynaecoloog die de ontsluiting van de laser ringen in de gaten moest houden.

Ook zonder Mol, niet te doen. Johan was zijn onhandige zelf en kwam niet op tijd zijn cirkel uit. Rob weigerde aan het diascherm bouwen te beginnen wat ik op zich wel kon begrijpen na het timmer debacle in de mini-escaperoom. Nathan wist met zijn lange lokken de laserstraal te raken. Buddy bleek te jong en dus te dom voor de dia's. 
En dus hadden ze aan het eind van het liedje alleen het Mario level gehaald.

~ van Instagram ~

Opvallend was dat Rob ineens allerlei goede antwoorden er uit gooide, terwijl Leonie minutenlang op zoek was geweest naar de achternaam van Piet Jan. Ofwel, het antwoord op een verkeerde vraag. En dat bij Mario ineens het melodietje veranderde toen Claes achter de controller zat. Je weet wel, hoe het geluid verandert als Mario in één van de buizen klimt en onder de grond terecht komt. Dat overkwam hem nu ook. Willen ze nu dat wij geloven dat Claes De Mol ook vaak onder de grond zit?

De volgende opdracht vond plaats op de Beverwijkse Bazaar in China. Onder grote publieke belangstelling gingen ze op stap met driewielers met laadklep. Nathan en Johan waren een mooi duo. Beetje spelen met een hondje en rondfietsen onder het mom 'mijn tactiek is geen tactiek'. 

Ondertussen fietsten Claes, Leonie en Rob zich de benen uit hun reet. Miljuschka en Buddy namen ruim de tijd om hun bondje te bespreken binnen de kostbare tijd om de opdracht tot een goed einde te brengen. Conclusie: het kan ze geen fuck schelen of ze wel of niet geld verdienen. Zou Miljuschka trouwens geweten hebben dat ze een gaatje in haar broek had?

Dat deden ze dan ook niet al te veel. Naar mijn idee deed de Mol zijn stinkende best om in hoog tempo veel letters te verzamelen. Want hij wist al lang dat het helemaal niet om letters maar om enveloppen ging, die hij natuurlijk niet meer terug wist te vinden. Nee, duhuh...

De derde opdracht begon bij een pagode waarvan wij in Blijdorp een kopie hebben staan. Ik zweer het je. Ze kregen daar een Chinese snelcursus handletteren. En mochten daarna het park in om in moordend tempo waaiers tijdens een Tai-chi demonstratie te vertalen. Onbegonnen werk. Alleen Nathan had niet de illusie dat hij in aflevering 5 De Mol zou gaan zitten te lopen te ontmaskeren. Hij pakte het geld. Een afleidingsmanoeuvre? 
Of dom, omdat hij daardoor in de test ook geen vragen over deze opdracht kon beantwoorden, omdat hij hem niet mee had gemaakt? Of weet hij alle antwoorden al?

~ van Instagram ~

Uiteindelijk vloog Johan er mét joker uit en door naar huis.

Op naar aflevering 6.