maandag 30 september 2013

De puber

Hij eet het liefst beschuitjes en croissantjes als ontbijt en patat of shoarma als avondeten.


Hij heeft grotere voeten dan ik.
'Voetbal International' is zijn favoriete TV-programma en hij kijkt het altijd samen met zijn Pa. 
Hij begrijpt niet waarom hij om kwart over tien naar bed moet.

Dat is omdat hij niet begrijpt waarom we ook gewoon even een uurtje willen hebben       zonder hem.
Dat is omdat hij niet begrijpt waarom iemand überhaupt iets zonder hem zou willen         doen.
Op zijn kamer verzamelt hij serviesgoed. Pas als hij zelf misgrijpt, komt hij het in fases in de keuken brengen.

Als er ergens een spin is en W is er niet roep ik hem om hem dood te slaan. Of om een nieuwe limonadefles open te draaien.

Aan het eind van een lange luie zondag roept hij me van bovenaf toe. Hij wil gaan douchen en is op zoek naar zijn pyjama. En als hij die niet kan vinden, roept hij om zijn moeder. "Mam, waar is mijn pyjama?" DIE HEB JE NOG AAN!

Net als je denkt dat ie z'n schoolleven verkloot, zet hij het eigenhandig weer op de         rit. 


In huis gaat hij nergens heen zonder zijn IPhone, maar buitenshuis neemt hij hem nooit mee.

Ondanks dwingende adviezen van ons, de tandarts en de ortho vindt hij tandenpoetsen     nog steeds tijdverspilling. Ongewild bewijst hij onze portemonnee daarmee een grote       dienst, want zolang dat niet in orde is, komt er geen beugel.

Zijn Facebookpagina blijft onaangeroerd; dat vindt hij allemaal maar gedoe.

Soms krijg ik een briefje van hem en als ik geluk heb kan ik het ontcijferen.

~ Hoi. We gaan naar stad met tram dus hier is geld omdat ik met tram gaat.
We gaan naar R'dam West bij iemand chillen. ~

Hij zou het liefst z'n dagen doorbrengen met FIFA en GTA spelen en chips eten.

Kleding vindt hij nog steeds niet belangrijk. Nou ja, kleding op zich natuurlijk wel, maar niet wat vóór kleding. Hij zal ook nooit zeggen dat zijn schoenen slijtageplekken beginnen te vertonen. Pas als de gaten er in vallen vraagt hij bescheiden of hij nieuwe kan krijgen.


Alleen over nieuwe voetbalschoenen is hij erg uitgesproken: veelkleurig moeten ze zijn.


Hij heeft me al wel tien keer gezegd dat ie zodra het kan, zijn rijbewijs gaat halen. Om samen met zijn Pa het land door te kunnen reizen voor voetbalwedstrijden.

Ik heb nog geen idee wat ik daar van vind. 

Hij is echt niet te harden 's ochtends als hij te weinig geslapen heeft. Vooral zijn broertje moet het dan ontgelden.

Maar hij smelt als hij zijn neus in de vacht van ons nieuwe gezinslid drukt en knuffelt hem regelmatig helemaal plat.


Momenteel weet hij nog niet wat hij later worden wil. Wèl weet hij dat hij niet de HAVO gaat doen, maar een MBO-opleiding. De richting verzint hij er het komende anderhalf jaar nog wel bij.

De laatste weken voeren we op onverwachte momenten, op zijn initiatief, hele leuke gesprekken. Ik neem er de tijd voor en geniet.

Hij is van ons.

zondag 22 september 2013

Vissen

dinsdag 20 augustus 2013

Hij was een jaar of vijf, toen hij een (kinder)vishengel kreeg van Oom Cees.
Mét de belofte dat ze samen een keertje zouden gaan vissen.

Dat leek mij een goed idee, want ik ben geen kenner en heb nog nooit een hengel vastgehouden. Ik wéét hoe ik de waterbak van Zwaardvis moet verschonen, maar laat het graag aan W. over. Dus vissen met mij leek geen goed plan.


De tijd verstreek en er werd niet gevist. Druk enzo. In beslag genomen door Grote Mensen dingen.
Hij vroeg er wel naar hoor, maar nam ook genoegen met een "Ja, dat gaan we zeker een keer doen", en huppelde dan weer verder.


Maar nu. Nu. Is. Hij. Elf.
Elf heeft een ijzersterk geheugen en weet de belofte nog. Elf pakt zulke dingen anders aan.
Als Oom Cees belt voor zijn vader, eist hij eerst zelf de aandacht op. 
"Wanneer gaan we?"
"Ja, dat gaan we zeker een keer doen."
"Prima, wanneer kunt u?"
"Dan moet ik in mijn agenda kijken."
"Nou, ik wacht wel even....."


Vijf minuten later had hij een date.
Voor over een week. Het was een echt verheugje. Hij telde de dagen af, want mam - ik ga nu écht vissen hè?! We doken de schuur in en vonden de hengel nog in de verpakking, onder een dikke laag stof. Even blazen en hij was er klaar voor.


Op een dinsdagochtend tijdens de zomervakantie stond hij voor de deur. Met een cadeau. Daarin een hengel. Hah! Aan het geheugen van Oom Cees zit wél een steekje los.
Daar gingen ze dan, richting Beatrixpark.


Na zo'n anderhalf uur stond ik al voor het keukenraam op de uitkijk. Ik verwachtte mijn kind zonder zitvlees en met niet al te veel geduld, terug.
Wat had ik het mis.


Na een uurtje of vier fietste ik er naar toe, met verse koffie en stroopwafels.
Ik trof er drie innig tevreden mannen aan.
Trots was hij ook. Want hij had veel geleerd en alles zelf gedaan. Het aas vastgemaakt, de hengel uitgegooid, binnen gehaald en al drie vissen gevangen. Hij had ze zelf van het haakje gehaald en weer terug gezet in het water.
Tussendoor hadden ze gekletst, in stoeltjes gehangen, snoepjes gedeeld en Duckies gelezen.


Ik begin het steeds beter te begrijpen, dat vissen. Ik begin langzaam te begrijpen hoe het maar zijdelings te maken heeft met het vangen van een vis.


Maar dit krioelende volkje hè. Dit hoort erbij en moet bewaard blijven in de koelkast. Naast de smeerworst, gehaktballen en yoghurt. Nou, dát dacht ik dus niet!

woensdag 11 september 2013

Eénentwintig


Vandaag is onze trouwdag. Eénentwintig jaar zijn we getrouwd, en we wonen al 23 jaar samen.


23 Jaar is lang. Ik weet niet meer hou oud ik was toen ik hem voor het eerst zag. Maar de balans begint door te slaan. Volgend jaar ben ik langer mét hem, dan ik ooit zonder hem was.


We haalden vanmiddag ons trouwboek erbij. `What the f#ck, wat zag je er toen mooi uit`, riep Jongste.


Mij viel het vooral op hoeveel er is veranderd, in de jaren die toch zo snel voorbij zijn gevlogen. Zoveel mensen die erbij zijn gekomen - een hele generatie aan nieuwe, slimme, mooie, prachtige, veelbelovende mensen die de wereld gaan veranderen. En zoveel mensen zijn uit ons leven verdwenen.


Wat waren we jong. Wat hadden we werkelijk geen idee, van wat de toekomst ons zou brengen.


Maar wat waren we overtuigd van onze beslissing.
En wat hadden we het bij het rechte eind.


zaterdag 7 september 2013

Elf

Ha jongen,

Inmiddels ben je al een week of 6 elf jaar. Je hebt je jaarlijkse brief van mij nog tegoed. Hier hij is. We waren in Duitsland toen het jouw dag was. Morgen gaan we los. Eindelijk.

Je bent elf nu. Gek, dat past helemaal niet bij het baby-gevoel dat ik nog vaak krijg als ik aan je denk of naar je kijk. Je blijft mijn Benjamin, maar een baby ben je allang niet meer.

Je hebt een roerig en moeilijk schooljaar achter de rug, waarin je je kranig gedragen hebt. Hebt overleeft. 
Tegelijkertijd, of misschien ook wel daarom, begon je je af te zetten tegen je vader en mij. Begon je nog meer dan je al deed je grenzen te testen. Begon je te checken of we echt meenden wat we zeiden.

Bleek van wel! Was dat even balen.

Cognitief gezien zeil je er op je sloffen doorheen. Je kwam met mooie cijfers thuis en verraste vooral jezelf met een mooi Cito Entree Score.
Je hebt een weergaloze fantasie en een interesse die zo breed is dat ik je nauwelijks kan bijhouden. Je bent op de hoogte van wat er in de wereld gebeurt en geeft me een wagonlading vragen over waarom de dingen gebeuren zoals ze gebeuren.

Nu je je eerste week in groep acht er op hebt zitten, vuur je achteloos zinnen op me af over de verschillen tussen toen en nu, die bij mij als bommetjes inslaan. Kind, wat heb jij je onveilig gevoeld. 
Maar je hebt er ook geleerd. Je kunt eindeloos onzin uitkramen en denken dat je grappig bent. En toegegeven, vaak ben je dat ook, maar doceren was niet je sterkste kant, maar dat gaat je nu veel beter af.

Weet je, iedereen heeft vleugels. Maar niet iedereen kan ze uitslaan. Om te kunnen vliegen moet je eerst wortels hebben, je bodem moet stevig zijn maar ook flexibel, anders veer je niet terug maar val je hard. Vliegen en landen moet je leren, daar is oefening voor nodig. Wij proberen jou op te voeden en je juist daar de kans voor te geven.
Je gaat het komende jaar je basisschooltijd afsluiten en ik heb goede hoop dat je dat met een fijne groep gaat doen.



Elf ben je. Stilletjes fotografeer ik je in mijn geheugen. Het babyvet is eraf, maar je bent nog mooi rimpelloos.
Je bent nu nog jong, maar dat zegt niets over schoonheid. Schoonheid zit van binnen. Schoonheid zit niet in een elastische huid. Het zit niet in je gewicht en het zit niet in het succes dat je hebt in de wereld. Het zit in wie je bent en wat je uitstraalt. Het zit in de pret en de liefde die je doorgeeft. In de aandacht voor een ander. In de hand die je vastpakt en de armen die je om iemand heen slaat. Levensvreugd en schoonheid spettert uit je ogen.



Lief kind. Dank je wel dat je me gelukkig maakt. Morgen gaan we een feestje vieren. Geniet ervan!

Kus,
Mama

vrijdag 6 september 2013

Augustus gezien door Gio

We zijn weer gestart met ons Gewone Dagelijkse Leven.
Dat is niet verkeerd, daar niet van, maar wel enorm wennen. Gut, wat moeten we ineens weer veel.
Ik vind het nog niet leuk. Hoop dat het snel went.

Nog één keer achterom kijken dan maar. Terugkijken naar die lange mooie zomermaand die augustus dit jaar voor ons was.



Een half uur geleden arriveerden we bij ons huisje in de heuvels. De heren doken samen het zwembad in en wij het terras op. Biertje, wijntje, bitterballen en de zon. Ik zeg: de vakantie is begonnen!


Af en toe liep ik naar het speeltuintje bij ons achter. Daar was het wifi-bereik erg goed, zodat ik berichtjes achter kon laten voor het thuisfront.
In de heuvels recht voor me was een luchtballon neergestreken en ik was er getuige van dat hij opnieuw het luchtruim in ging. Hij scheerde vlak boven me langs. Dar ik daar nou geen plaatje van heb gemaakt hè? Ik heb zo gefascineerd zitten kijken dat ik er niet aan dacht. Dat gebeurt niet zo vaak.



Ik zat daar ook wel eens na tienen in het stikdonker.



Wat een kwalitatief slechte foto is dit, maar hij doet wat met me en dus bewaar ik hem.



Langs de kant van de weg vind je nu de mooiste dingen. Nee, niet langs de kant van de voortuin van mijn buurman, nee gewoon, naast de supermarkt.



En dag na thuiskomst vieren we met elkaar dat Oudste nu 14 jaar is. Met zijn favoriet: appeltaart.



Een dag na thuiskomst is dit ook hier een vertrouwd beeld, net als bij jullie thuis.



Op de laatste vakantie dag van Wim doen we een rondje duinen. Kijkduin en Den Haag.





Het Strandjuttersmuseum.





Op de hoogste duintop worden we gezandstraald.



Deze cache vinden we bij de Egelopvang.



We sluiten de flinke wandeling af op het terras van De Kust. Genoten!





Eenmaal thuis is het tijd om wat klussen op te pakken. Dit is de eerste. De tuintafel en banken in de transparante beits zetten.
Afgelopen zaterdag ving ik een gesprek op. "Leuk hoor, al dat steigerhout hier (op het terras van een voetbalkantine), maar dat is echt waaibomenhout. Rot binnen een jaar zo weg. Dan kun je nog smeren en lakken wat je wilt, maar dat houd je niet tegen."
En bedankt. Heerlijk zulke opbeurende woorden. Maar weet je, ik geloof er in. Onze set staat er voorlopig strak bij. We zullen zien.



De voorganger van deze film is my all time favorite. Dus dit keer gaat Jongste eens met mij mee.



Op een zwoele zomeravond fietsen we een rondje door de polder en stuiten op deze dieren met een identiteitscrisis. Ben ik een paard of toch een koe?
Niet goed te zien, maar het paard rechtsachter draagt een deken, met een zebraprint.



Wat is het toch fijn als de avonden nog lang genoeg zijn om na het eten een rondje te kunnen fietsen. We doen het vaak. 
Het is mooi in onze "achtertuin". 













De trainingen beginnen weer. Met nieuwe, wéér grotere voetbalschoenen. Die tegenwoordig niet meer zwart zijn, maar hele kekke kleurtjes hebben.





'Onze' schaapskudde.



We doen een logeerpartijtje en gaan een uurtje bowlen.



Ludiek. In dit barrel, achter in de industriewijk, zit er ook eentje verstopt. Dat was nog een helse zoektocht, maar uiteindelijk vond ik hem gelukkig, de cache.



Zo'n beetje elke tien dagen gaan we kijken bij het nestje kittens. De oogjes gaan open, ze gaan op hun pootjes staan, waggelen, lopen, springen. Ze leren dat ze hun behoeftes op de kattenbak moeten doen. Moeder Rosa laat ze steeds minder melk bij haar drinken, zodat ze ook kunnen ondervinden wat vaster voedsel is dat ze van de baas krijgen. Dan gaan ze spelen, achter balletjes aan rennen en laserlampje volgen.
Ze zijn geweldig leuk. Alle drie. Lange tijd kunnen de heren niet kiezen welke straks met ons mee naar huis gaat.
Inmiddels is de keus gemaakt. 



In de laatste vakantieweek van Jongste is zijn vader ook 1 dagje vrij. We besluiten het er nog een keer van te nemen.



We gaan naar het Aviodrome en komen tijd te kort. Wij doen echt overal het licht uit, en ook hier vertrekken we pas na sluitingstijd.



Dit was een avontuur voor iemand met hoogtevrees. Twee torens. Met open trappen. Had ik al gezegd dat ze hoog waren?
Hoe meer je stijgt hoe meer de trappen gaan wiebelen. Vreselijk vond ik het. Maar ik had een missie. Boven in één van de twee ligt er weer eentje. De mannen geven het op en gaan beneden in het gras liggen. Dat is lekker dan. 
Maar het lukt me. Ik vind hem.



Ons logeerkonijn Walter komt voor twee weken inwonen. Gezellig hoor.



Zo zie je eruit als je een kwartiertje door allerlei rioolbuizen heen en weer kruipt. Gelukkig staat er geen water in. 



We hebben samen een paar leuke uurtjes in het Klauterwoud.



Dan doen we nog maar een logeerpartijtje. Plan was om naar een buitenbad te gaan, maar juist vandaag slaat het weer om. Met drie jongens hang ik een middag rond in een binnen zwembad. 



Voor het eerst sinds jaren ga ik banen zwemmen, totaal ruim 1,3 kilometer. Het voelt goed en is lekker. Ik neem me voor om dit vaker te gaan doen.



Dan begint ook de voetbal-beker-competitie. Omdat de vaste keeper nog niet heeft getraind wordt hém gevraagd zijn keepersbroek nog eens aan te trekken. Hij doet het en wat doet hij het weer goed. 



Zo sluiten we de achtste maand van dit kalenderjaar af. Op naar september.