vrijdag 8 januari 2016

Een héél moeilijk koekje.

Wij lopen hier thuis al stevig tegen de vijftig. Het zal je dan ook vast niet verbazen dat ik steeds vaker naar een programma van Omroep Max kijk. Bed & Breakfast, Dokter Deen, Erica op reis, Met het mes op tafel, Sterren op het doek. Allemaal mooie en vermakelijke uitzendingen.

Tot voor kort hadden we op zondagavond een favoriet. Met de twee oudste mannen keken we naar elke aflevering van Heel Holland Bakt. Terwijl er toch ook gewoon sportprogramma's op andere zenders zijn hè? Dat wil wat zeggen.


Oudste keek vanwege de hilarische momenten als er dingen mis gingen. Bakpapier in de fik, koekjes zwart geblakerd, een bril die vanwege de warmte steeds van een neus afgleed. Wim keek vanwege Robèrt van Beckhoven. 



Een prettige verschijning, met een enorme staat van dienst. Hij is de enige persoon in Nederland die zowel de titel Meester Patissier als Meester Boulanger draagt.

Terug naar wat ik vertellen wil.



Het programma is inmiddels afgelopen, maar nog steeds beleven wij veel plezier aan de keer dat er Paleisbanket werd gemaakt. "Een héél moeilijk koekje!", was Robèrt's commentaar. Hij sprak het zó uit met zijn Brabants accent, dat de serieuze ondertoon concurreerde met het komische aspect.

Te pas en te onpas gebruikt Wim nog steeds deze opmerking. Mèt accent. Als ik mijn ogen dicht doe, hoor ik Robèrt.

Met Kerst waren wij dan ook vast van plan om alle drie een pak Paleisbanket voor hem onder de boom te leggen. Alleen kon ik het nèrgens vinden. Uiteraard vertelden we wel over de mislukte verrassing. Wim zou Wim niet zijn als hij niet direct het internet opdook, op zoek naar verkoopadressen. Zo geschiedde.

Maandag was zijn eerste werkdag, na ruim twee weken vrij te zijn geweest. 's Avonds na de voetbaltrainingen zette hij de koffie op tafel. Koffie mèt.



Die hadden we niet aan zien komen. Maar wat hebben we gelachen! Hij was in zijn pauze rond gaan rijden en had het gevonden.



Vier koekjes voor een godsvermogen. Altans, ik vind 2,79 euro best een pittige prijs. Maar lekker wáren ze. Machtig, mierzoet en voor 10,79 lol van gehad.

Ik daag de liefhebberij-bakkers onder jullie uit. Kun je dit bakken? Het recept geef ik je cadeau.




Paleisbanket is een minder bekend koekje, maar daarom niet minder lekker! Het is een koekje van in twee evenwijdig lopende banen van gespoten amandelspijs, gevuld met frambozenmoes en afgewerkt met abrikozenjam en fondant. Klinkt lekker he? Dát is het ook! Vergeet niet de stukjes klein te houden, het vult namelijk behoorlijk. De naam heeft waarschijnlijk niets met een paleis te maken. Het is een koek die populair was in de 19de en 20ste eeuw. In het verleden was er vermoedelijk een bakker, die middels de benaming “paleisgebak” de koek een luxueuze uitstraling wilde geven. 

Dit recept is goed voor ca. 4 rijen van 30 cm. waarvan ongeveer 30-35 stukjes te snijden zijn.

Ingrediënten:
  • 250 gram ontvliesde amandelen
  • 300 gram kristalsuiker
  • 10 gram citroenrasp
  • 50 gram ei
  • nog eens ca. 60 gram ei
  • velletjes ouwel (eventueel)
  • flinke schep abrikozenjam
  • beetje water
  • flinke schep frambozenjam
  • 150 gram fondant (of poedersuiker en water)
  • poedersuiker
  • rode voedingskleurstof of bessensap
  • marasquinlikeur naar smaak
Werkwijze:
  • Verwarm de oven voor op 240 graden Celsius (conventioneel).
  • Maal de amandelen fijn in een keukenmachine
  • Voeg kristalsuiker toe en roer goed.
  • Meng er 50 gram ei door en kneed tot het geheel goed samenhangt.
  • Meng nog eens ca. 60 gram ei bij tot het een spuitbare massa is geworden.
  • Vul een spuitzak met een gekarteld spuitmondje van 13 mm met de amandelspijs.
  • Bekleed een bakplaat met een siliconenbakmat met daarop rechthoekige velletjes ouwel, plak ze aan elkaar met een klein beetje water. (Je kan deze koekjes ook zonder ouwel bakken)
  • Spuit steeds twee lange banen spijs tegen elkaar aan.
  • Bak ze in ca. 11 minuten goudbruin en gaar.
  • Verwarm wat abrikozenjam met een beetje water in een steelpannetje.
  • Als de jam vloeibaar geworden is, strijk je deze op de koek tot ze mooi glimmen.
  • Spuit of lepel in de gleuf tussen de twee banen wat frambozenjam.
  • Verwarm fondant met wat poedersuiker tot 60 graden Celsius.
  • Meng hierdoor naar smaak wat marasquinlikeur en wat rode kleurstof tot de juiste roze kleur ontstaat.
  • Laat terugkoelen tot ca. 35 graden Celsius zodat het weer wat dikker wordt.
  • Doe in een spuitzak en spuit met een glad spuitmondje een streep over de frambozenjam heen.
  • Wie niet aan fondant kan komen, maakt gewoon een glazuur met poedersuiker, wat bessensap en eventueel een beetje eiwitpoeder.
  • Laat goed drogen.
  • Snijd in kleine stukjes.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten