woensdag 6 maart 2013

Goed volk

We waren aan het fietsen gisteren.
Snuffelden aan het voorjaar.
Eerst een kilometer of acht, tot in Schipluiden. Daar vonden we onze eerste twee caches.
We vervolgden onze weg naar de buitenpolders.

Hier stalden we onze fietsen. Bij De Hodenpijl. Een unieke plek in het groene Midden-Delfland.



Er hangt daar een bijzondere sfeer, daar bij dat prachtige kerkje.
Daar komen natuur, cultuur, kunst, gezondheid en welzijn bij elkaar.
Er is een biologisch restaurant, waar je kunt genieten van lokale producten, maar ook een stal en moestuin. Je kunt er in de tuin koffie drinken, met iets erbij. Biologische cake bijvoorbeeld.
Er worden lezingen gehouden, maar ook workshops en concerten.

De tuin, de cake en het concert had ik al eens gedaan.
Maar vandaag hadden we er een cache-missie.
"Volg het touw", was de opdracht.

Via de achterdeur glipten we naar binnen. Het was er duister, velourse kleden, mysterieuze muziek. De binnenruimte van de kerk was met een zwart gordijn afgeschermd en het touw leidde ons naar een trap. Hoger en hoger gingen we.


"Ik waan me in een opdracht van Wie Is De Mol", hoorde ik Wim mompelen.


De brede trappen werden smalle steile ladders. Helemaal boven in de nok vonden we wat we zochten. Wat een gave plek en prachtig uitzicht!

We vervolgden per fiets onze route. Het was heerlijk in de polder.
En toen ineens was het daar. Een schaap. Een groot, prachtig, sterk, bruin schaap.
Maar wel een schaap op zijn rug, dat met geen mogelijkheid meer overeind kon komen.
Dát hadden we van 'onze' schapenscheerder geleerd. Draai het beest op zijn rug, zittend op zijn kont en het is als was in je handen. Ligt het eenmaal met de poten de lucht in, is het onmogelijk om op eigen kracht terug te draaien. Het kan de dood van het beest betekenen.

 
Met verbazing keek ik naar de soortgenoten die doodgemoederd aan het grazen waren. Schonken er totaal geen aandacht aan. Negeerden compleet dat daar iemand voor zijn leven aan het vechten was.
Raar volkje, die schapen.

Maar wat te doen? Wim fietste naar de 2 boerderijen het dichtst in de buurt. Niemand thuis.

Hij bedacht zich toen geen moment. De held. Hij gooide zijn jas in het gras, leegde zijn broekzakken en vond een plek om de sloot over te steken.

Het schaap protesteerde niet, toen Wim het terugrolde. Het was ongetwijfeld bang en het had misschien pijn, maar liet het gebeuren en maakte een opgelucht sprongetje toen het met zijn poten het gras weer raakte.


Ik vind dat mooi, die instinctieve mensenkennis die dieren kunnen hebben. Dat ze weten dat jij er bent om de situatie beter te maken, en dat nu alles goedkomt, ook al hebben ze je nog nooit eerder gezien. Hoe ze het vermogen hebben om aan te voelen of je goed volk bent of niet.


Wim is goed volk.

Wist ik ook al zonder schaap, overigens :).