Maatjes werden het. Wij hoorden allemaal bij elkaar.
~ Wessel en Jelmer met Beppie ~ |
In november 2005 was ze na 16 jaar op, helemaal op. Haar leven was geleefd en toen leven lijden werd, hebben we haar laten gaan.
Het was daarna stiller in huis, en het bleef opgeruimder. Geen haren, kattenbakkorrels en braaksel. Maar ook geen krabbende pootjes aan de dichte deuren, want Beppie was wat claustrofobisch: alle deuren moesten open staan.
In september 2007 kwamen de 2 goudvissen. Voor een half jaartje, dachten we. Maar Stinkiemonster bleek een taaie en in werkelijkheid een vermomde zwaardvis.
Intussen bleef Jongste zijn verdrietige buien houden, want hij miste Beppie zo-ho. Wat gunden wij hem een nieuw dier om voor te zorgen en mee te kroelen. In het voorjaar van 2013 besloten wij dat we niet langer zouden wachten tot de vis zou gaan hemelen, want die was dat nog lang niet van plan.
Terwijl ik de gedachte had om een asiel-kat een nieuw huis te geven, opperde W. dat een kitten ook een optie was. En toen kwam Oudste met het bericht dat de poes van zijn vriend zwanger was.
W. en ik keken elkaar aan en achter de rug van de kinderen om zochten we contact.
Op 20 juni kreeg ik bericht dat ze geboren waren, 3 kleintjes. Drie uur na de geboorte hingen we met onze snufferd boven de doos en zag ik 2 blije snoetjes die beseften dat ze er echt zelf eentje uit mochten zoeken.
Oudste wipte een paar keer per week naar binnen om het hele groeiproces te volgen. Hij was er bij toen ze hun oogjes openden. Hij zag ze de eerste schuifbewegingen over de vloer maken.
Eens per twee weken ging ik ook met Jongste langs. Drie kittens. Twee broertjes en een zusje. Zacht. Nieuwsgierig. Schattig.
Oudste had al vanaf dag 1 een zwak voor de kleine kater die veel op zijn vader leek. Hij kreeg daarom tijdelijk zijn naam, kleine Fritzie.
Als we kwamen kroelen nam moeder Rosa afstand, ging even een luchtje scheppen. Na tien minuten sloop ze dan weer dichterbij en als ze haar kan schoon zag greep ze haar kleintjes in hun nekvel en sleepte ze terug naar de doos.
Ze leerden snel. Naast moedermelk, leerden ze ook vaster voedsel eten. Ze gingen de kattenbak gebruiken.
Na twee maanden konden ze niet alleen lopen, maar ook springen en trapklimmen. Ze zochten nog geregeld de warmte en geborgenheid bij hun moeder, maar als ze naar haar hapten hopend op een slokje melk, konden ze een oplawaai krijgen. Mooi om te zien hoe de natuur dit zelf regelt.
~ Kleine Rosa met kleine Fritzie ~ |
Ze ontwikkelden eigen karaktertjes.
Tegen de tijd dat ze twaalf weken oud waren, zag je dat moeder Rosa zich terug ging trekken. Of ze zeggen wilde: nu is het gedaan, jullie zijn klaar, lazer nu maar op de grote wijde wereld in en geef mij mijn eigen oude leventje terug.
Het moment was gekomen om de lang uitgestelde keuze te maken. Wie mocht er met ons mee naar huis?
Ik had voorkeus voor een poes, dus ik wilde die leuke kleine Rosa het liefst inpakken en meenemen.
Maar ook op huisdieruitkies-vlak heb ik niets te vertellen. Het werd geen poes, maar een kater. En wel diegene waar Oudste vanaf dag één verliefd op was geworden.
~ De laatste dag dat ze samen woonden ~ |
Op 10 september haalden we eerst katertje Timmy op en brachten hem naar zijn nieuwe huis bij Opa.
's Avonds haalden we Fritsie op. Zielig vond ik het. Maar de gedachte dat dieren snel vergeten, troostte een beetje.
En nu is ie er. Al een week of zes. Hij hoort er al zo ontzéttend bij.
Het is een schatje. Een enorme kroelkont, past qua luiigheid uitstekend in ons gezin en vindt alles goed.
Hij was al snel beste maatjes met de jongens.
Maakte kennis met Stinkiemonster, die uiteindelijk naar hoger gelegen oorden moest verhuizen.
Hij is speels, actief en nog druk bezig zijn nieuwe wereld te ontdekken.
En ik ontdek ook steeds nieuwe dingen. Nooit geweten dat katjes dol op douchen zijn.
Mag ik u voorstellen: Fritsie is de naam. Wij zijn weer compleet.