vrijdag 29 november 2013

Together we beat the bridge.

maandagochtend 25 november 2013

Hij stond al lang op mijn test-lijstje. Het kwam er steeds niet van.
Bijna kwam Mister Influenza tussenbeide, maar nèt op tijd was ik hersteld. Ik had een date met De Brug.

Om tien over negen stond ik bij bij hem voor de deur. Nog even een plas en daar gingen we.
Hij achter het stuur, want hij wist goed de weg èn een prima parkeerplek.
Even kletsen, banaantje eten en herinneringen ophalen.

In zijn actieve atletiekperiode deed hij hier regelmatig een groepstraining. Samen met Ma. Eind negentiger jaren voor het laatst. Ze draaiden hun hand niet om voor 6x De Brug. Dat staat gelijk aan 30 (!) kilometer rennen, brug op brug af. 



Nu liepen wij daar, samen. Bijzonder. Ieder in zijn eigen tempo en op zijn eigen manier. Ik dus met muziek op mijn oortjes en hij op zijn gemak, al rochelend en spugend.
Er zijn veel dingen waar ik mijn mening over heb moeten bijstellen, als het over hardlopen gaat. Maar deze gaat daar in geen geval bij horen. Dat moet je kunnen hoor. Ik vermoed dat het bij mij recht tussen mijn schoenveters zou belanden.
Tijdens het rennen, verdubbelen de waarden en vervagen de normen. Ik blijk een meester te zijn in het laten van winden onderweg. Maar ik vermoed dat u niet op dit soort feiten zit te wachten. En terecht.


Afijn. Hij viel me mee, Die Brug. Wél hoog. Ik hoef dus niet zo nodig heel dicht naast de spijlen te rennen. Geen al te groot stijgingspercentage, en de kilometers vlogen onder mijn voeten weg. Na twee keer heen én terug stond de teller op ruim 11 kilometer.



Tevreden konden we huiswaarts. 
Acht maanden voorbereiding heb ik nu achter de rug.
Ik kan zeggen dat ik er klaar voor ben. De afstand kan ik hebben, de bruggen al eens beklommen.
Nog dertien nachtjes slapen.
Kom maar op!



vrijdag 22 november 2013

ZevenheuvelenNachtLoop

zaterdagavond 16 november 2013

Oh MAN, dit was cool.


Om een uur of half zes stond de taxi voor de deur. Die zat bijna vol, met nog precies één plek voor mij.

Achter het stuur zat stuiterend energie-vat Ineke, degene met de schat aan ervaring die ons begeleidt op onze weg naar Langere Afstanden. Haar dochter er strak achter.
Achterin Edwien, mijn Tuttenclubvriendin die per ongeluk tegelijk met mij ging leren rennen en doordat zij wél lid is van een Atletiekvereniging mij van waardevolle weetjes voorziet tijdens de loopjes die we samen doen. Naast haar háár dochter en achterin weg gepropt haar zoon.


Ze troffen ons midden in een pannenkoekenbakscène. Met een biertje in zijn hand proostte Wim ons weg "Zet um op hè dames!"

Op naar Nijmegen. De Stichting Zevenheuvelenloop vierde dit jaar haar 30e verjaardag met een bijzondere editie op de avond voorafgaand aan de reguliere loop over 15 kilometer. 
Er werd vijf en tien kilometer gerend en wij zouden daarbij zijn.

Het was gezellig in de auto. Bijkletsen, lachen, de muziek een paar tandjes harder. Om kwart over zes kwamen de broodjes uit de tassen en begonnen we de picknick. Nog eens twintig kilometer verderop verraste Ien ons met een heus cadeau.
Een startnummerband zodat er nooit meer spelden in mijn kleding gejast hoeven te worden én een energie gelletje. Niet voor nu, maar voor de écht lange afstanden van over een aantal weken. Hardlopers zijn lief. In elk geval voor elkaar, hàh.


Rond kwart voor zeven parkeerden we voor de flat van onze gastheer Dido. Eenmaal binnen veroverden we binnen enkele minuten met zijn zessen zijn woning. De kinderen vulden de eettafel met spelletjes, wij vulden de kamer en keuken met onze tassen en de borden en glazen werden uit zijn kast getrokken. Hij bleef er ogenschijnlijk stoïcijns onder en moest lachen om ons gedoe.

We bereidden ons voor op ons loopje van vanavond. Wat doe jij? Eén of twee shirts? Jasje aan? Wel of geen petje of muts? Hoe werkt zo'n startnummerband eigenlijk? Wat gaan we meenemen naar buiten en wat geven we aan de kinderen mee voor na afloop? Vergeet je je banaan niet apart te houden? Die armlichtjes kun je best wat strakker doen hoor.


Afijn. Na een minuut of wat waren we er wel klaar voor. In zijn auto bracht Dido ons richting De Groesbeekseweg. Zo'n 700 meter voordat we er uit zouden gaan, stroopte het verkeer zich op en de klok kroop richting half acht.
Weet je wat? Waarom langer wachten? We konden er hier toch uit?
In de auto pelden we onze bovenkleding af, legden het op de achterbank en stapten uit. Dom. Bleek later. Maar dat wisten we toen nog niet.

Al huppelend en hakkenbillend volgden we de mensen en borden richting Startvak Roze. Het viel eigenlijk best mee met de kou, ook al wees de thermometer 4 graden Celsius aan. We peuzelden onze banaan, vonden een hele foute plek voor de schillen, deden nog een laatste plas tussen geparkeerde auto's en stapten het juiste hek binnen. We dropten ons kleine tasje bij de hekken en voegden ons bij de trappelende sportmensen, heel veel gehuld in allerlei lichtjes.
Na twintig minuten wachten waren we er wel klaar mee. We wilden rennen. Nu! De menigte stond letterlijk en figuurlijk te trappelen.
In de verte hoorden we het startschot van Mister Haile Gebrselassie himself. Zoals dat dan gaat bij wedstrijden, was de beweging van de groep er dan toch zomaar plotseling - je staat al die tijd te wachten, en dan ineens, gaan we nu? Ja! Vooraan beweegt het! We zijn GESTART!


Een lang lint van verlichte renners vertrok. Het was druk, de weg was smal en we waren met heel veel mensen. We moesten behoorlijk inhouden -we konden sneller, maar er was gewoon nog geen plaats. We gingen mee met de groep en passeerden vele toeschouwers en trommelaars. Ongelofelijk. Dat had ik helemaal niet verwacht. Links van ons kwamen de 5 kilometerlopers die al op hun retour waren ons tegemoet en voor ons doemde een enorm beeldscherm vol deinende vrolijke lopers op. Wat een gezelligheid en sfeer.

Na zo'n drie kilometer renden we over de Nijmeegsebaan. We werden redelijk veel ingehaald wat maakte dat er vóór ons steeds lekker veel loopruimte was. Naast elkaar blijven lopen lukte niet. Er ontstond een patroon. De meiden liepen bij elkaar en ik rende enkele metertjes voor hen uit. 
Edwien had een wens, namelijk een keer de tien kilometer uitlopen binnen het uur. Ien is er een kei in om het tempo te bepalen en feeling te houden met wat de ander aan kan.

We draaiden linksaf langs het Museumpark Orientalis en schoten de Meerwijkselaan in. Op andere dagen is het hier om deze tijd aardedonker, maar speciaal voor deze loop werkten veertien wielrenners zich in het zweet om ons licht te geven. Verspreid over een lengte van 2,1 kilometer stonden wielrenners op een rollerbank, elk gekoppeld aan vijf energiezuinige lantaarnpalen. De energie die tijdens een uur lang trappen vrij kwam, was voldoende om de hele Meerwijkselaan en de Postweg te verlichten.
Zodra we de wielrenners passeerden die langs het parcours opgesteld stonden, klonk er applaus en gejuich. Wederzijds. Mooi was dat.


Inmiddels liep ik op gehoor. Ik kon niet steeds achterom kijken of mijn tempo nog ons tempo was, maar ik wilde wél bij elkaar blijven. Gelukkig gaf Ien veel aanwijzingen met armgebaren én met woorden, zodat ik hoorde wanneer ik goed liep en ook wanneer ik me moest laten zakken. We renden heerlijk door. We vonden een ritme, regelmatig checkend of het goed ging met iedereen. Ik voelde me een bikkel, hier waren wij, wij deden dit.

Bij het passeren van de drinkpost hield ik in en ging wandelen, tot we klaar waren voor de tweede helft. 
Inmiddels was het begonnen te pruttelen achter me. Naar later bleek was de banaan de boosdoener. Edwien had het zwaar. Maar had nog steeds de beleefdheid om verbaal korte reacties te geven. Tot ik haar hoorde mompelen "Tijd is niet belangrijk". Whaaaaattt!
Tuurlijk wel, we gaan zo goed.
Dapper ploeterde ze verder, bergje op en heuvels af en op de Kwakkenbergweg hielpen de aanmoedigingen van haar broer en kinderen ons zéker verder.

Het publiek langs de kant leek zich weer te vermenigvuldigen en we werden richting het acht kilometer punt geschreeuwd. "Dalen maar. Nog even. Hou vol. Je bent er bijna."

Aan het eind van de Gelderselaan knikken we het laatste rechte eind op. We telden de afstand af. Nog één kilometer, nog vijfhonderd meter, we roken de finish. Bij het bordje vijftig meter trokken we de sprint aan, bij bordje vijfentwintig meter nog een schepje er bovenop en daar doken we onder de finish vlag door. Toen waren we binnen!

Er viel een mond open en we omhelsden elkaar. We did it! 59.31. Algehele euforie.
Toen ik eenmaal stil stond greep de kou me onmiddellijk. We wandelden richting de beloningen, sportdrank en ons tasje en gingen op zoek naar de T-shirt-stand. Nog high van hoe goed we hadden gelopen. We hadden het GEDAAN!
Daar stond onze taxi op ons te wachten en wat was het zalig om de warmte van dat karretje binnen te stappen.


Terug in de flat, gingen we met blozende wangen en nog vol adrenaline aan de thee en daarna heerlijk douchen. In de stad dronken we nog een drankje en aten een snackje.
Om kwart over twee - 's nachts, draaide ik de sleutel in het voordeurslot.
Wat een avond!


Dat ik me de volgende dag voelde of ik een fles wijn op had in plaats van één glas verbaasde me. Ik gaf de korte nacht de schuld.
Tot ik zondag aan het eind van de dag mijn bed in stortte. Voor een dag of wat.
Griep!
Wàt een beloning voor een uurtje bikkelen.


woensdag 13 november 2013

Schoolfoto's

U kent ze wel, die schoolfoto’s.
Kindjes keurig in het net.
Matching outfits, kleuren op elkaar afgestemd.
Met een beetje geluk voor de eerste keer aan, en anders netjes gestreken.
Snoeten gepoetst.
Haren netjes gekapt en zelfs met een beetje geluk geknipt.


Schaapachtig lachend naar de camera.
Reagerend op de flauwe grapjes van de fotograaf.
En altijd tegen diezelfde blauwe achtergrond.

Wij hebben ze van elk jaar.
Hoe mislukt ik ze ook mag vinden, en hoeveel foto's we al van ze hebben die vele malen leuker en spontaner zijn, ik koop ze elk jaar.
Ook al heeft de fotograaf ze niet gevangen zoals ze zijn.
Ook al zit de kuif van Jongste irritant verkeerd.
Ook al lacht Oudste nep.
Ik neem ze toch.
U kent ze wel, die schoolfoto’s.

Soms hoor je van ouders dat hun foto's dit keer ècht anders zullen worden.
Omdat ze namelijk vergeten waren dat de schoolfotograaf kwam.
Dat betekent voor hen dus ongestreken shirts met tandpasta- en pindakaasvlekken.
Opgedroogde melksnorren.
Kippekontjes in de haren met de wilde bende van de net-uit-bed-look.
Die pech kun je dus ook hebben.

Ik heb nog hoop.
Dat de fotograaf de echte blik van mijn kinderen dit jaar wel wist vast te leggen.
Dan let niemand meer op de rest.
Wie weet.
Wie weet zijn de schoolfoto’s van dit jaar de mooiste schoolfoto’s tot nu toe.




Gelukkig. Ik heb ze weer. Serie compleet.

zondag 10 november 2013

Nog steeds géén Brienenoord

zondag 10 november 2013

Ik heb iets in mijn hoofd. Dat heeft alles te maken met doelen die ik mezelf stel. Of beter gezegd: uitdagingen.

De eerste was "5 Kilometer achter elkaar kunnen blijven rennen". Die is gelukt.
Daarna de 10 kilometer in Rotterdam meelopen en finishen op de Coolsingel. Done.
Vervolgens koos ik de Bruggenloop van Rotterdam uit. Inmiddels komt hij steeds dichterbij. Iedere keer als ik met de auto over de Brienenoordbrug rijd, trekt mijn aandacht naar links. Daar kun je er namelijk overheen rennen. Móet je eroverheen rennen, tijdens de Bruggenloop.

Voor vanochtend had ik mezelf een proefrondje beloofd, zodat ik die 8e december daar niet voor het allereerst zou zijn. Ik was nog aan het uitzoeken waar ik dan het best de auto neer kon zetten, toen er een oproep voorbij kwam.




Kijk. Hoe makkelijk wil je het hebben. 

Ik besloot me aan te sluiten. Brugje, ik kom er aan!

Vanochtend ging de wekker om kwart voor acht. Zo'n zin in koffie, maar ik deed het niet. Want ik wist dat dit uit zou gaan draaien op een overlopende blaas als ik onderweg ben.


Om tien voor negen stapte ik in de auto.



~ Ik heb ze wel eens scherper gemaakt. ~

Een kwartiertje later doemde hij op.




Weer 5 minuten later parkeerde ik achter de Kuip, op P3 - P4.

Om me heen stapten meerdere, over het algemeen strak-in-het-pak-renners, uit. Gelukkig, ik was in elk geval niet alleen.



Donkere wolken pakten zich samen toen ik de wachtende groep naderde. Tjemig, wat een opkomst.




Nog voor ik me bij hen voegde, ging de hemel open. Een enorme stortbui zorgde ervoor dat de hele groep een sprint richting loopbrug trok.




De groep van zo'n 150 man werd daar opgesplitst in drie. De snelste groep die tot zo'n 5 minuut 45 over één kilometer loopt, ging met Mike mee. De middengroep zou tussen 5.45 en 6 minuten gaan lopen. Dus ik koos voor relaxed en de laatste groep bij Pia en Eefje.


Met elkaar deden we een warming up voor de Kuip. 



~ Daar onder die pijl, in het zwart, met zwart petje en roze schoenen, dát ben ik. ~

Daarna koelden we weer een kwartier af omdat een grote groep mensen zijn auto moest her-parkeren. Feyenoord speelde die middag en daardoor liepen er nu al parkeerwachters rond die waarschuwden voor het betaald parkeren. Er worden daar regelmatig bonnen uitgedeeld van 90 Euro stuk, dus dat was het even wachten wel waard.

Dit was het momentje waarop ik weer precies wist waarom ik alleen lopen zo prettig vind. Schoenen aan, deur open en gáán. Dan wacht ik op helemaal niemand.

Uiteindelijk vertrokken we. Donkere wolken dreven weg en maakten plaats voor steeds meer blauwe lucht. De zon kwam en het werd lekker warm.

Ik nestelde me achter De Juf en bleef haar volgen. Lekker relaxed tempo en door vooraan te lopen had ik goed uitzicht op het voor mij nieuwe parcours.

Het werd echt een heerlijk loopje in leuk, gemêleerd gezelschap. 
Na de Oranjeboomstraat passeerden we de Koninginnebrug, daarna een rondje Noordereiland en via de Willemsbrug gingen we naar de overkant. Eenmaal op de Boompjes zagen we de Erasmusbrug al opdoemen. Echt leuk om daar te rennen. 
Na de Laan Op Zuid zag ik de Kuip alweer liggen.

Nee hè? Bijna "thuis"? Zónder Brienenoordbrug. Die zat blijkbaar niet in deze route opgenomen.



Na een dik uur zat het er op. 



Puik georganiseerd, met ook nog een goody bag ten afscheid. Tas, flesje water, mandarijntje, AA-tje, tijgerbalsum en een tijdschrift. 



Alleen jammer van die éne brug.

vrijdag 8 november 2013

De laatste plaatjes van Gio

Er is een tijd van komen en een tijd van gaan.
Gio is gegaan. Na twee jaar intensief gebruik was de ergernis vele malen groter dan het gemak geworden. Tijd dus voor een vervanger.
Wat blijft zijn de maandelijkse kiekjes, even snel genomen met mijn mobiel die vaak binnen handbereik ligt.



Het thema van de Kinderboekenweek dit jaar had iets met sporthelden te maken. Iedereen mocht een sportfoto meenemen. Zo kwam het dat Jongste in de vitrinekast op school terecht kwam.



Als er een bak-project op stapel staat is hij er als de kippen bij. Het is de afgelopen maand o vrijdag al 2x voorgekomen dat ik thuis kwam en het huis heerlijk zoet rook. Dan had hij als verrassing een kwarktaart gemaakt.
Voorzichtig begon het in zijn hoofd vorm te krijgen dat hij misschien wel bakker wilde worden.
Tijdens het eten vroeg ik hem hoe hij eigenlijk dacht dat het brood vers in de winkel kwam. En of hij wel wist hoe laat de bakker daarvoor op had moeten staan.
Hij verzon razendsnel een list. Hij zou geen broodbakker, maar taart- en koekenbakker worden. Misschien.
Gisteren vroeg hij me appels te kopen. Hij heeft zijn zinnen gezet op een appelkruimeltaart. Mmmm......



Met dierendag ging ik zelf aan de slag. Ik ben en blijf een amateur, maar wij hadden die dagen wél wat in onze brooddoos en bij de koffie.



Tja. Je plant wel eens wat. Maar nooit vooraf bedacht dat het van dit beestenweer zou kunnen zijn. Maar dat was het. Zeker. Wel. Die éne zondag in oktober.
Toen ik wakker werd kletterde de regen tegen het schuine dak. Zó geen zin om uit bed te stappen.
Toch gedaan en naar Maasland gereden. Daar stonden 2 stoere vrouwen klaar.
We gingen het gewoon doen. Overal water. Ook op de grond, waar alleen Er Dwars Doorheen de juiste weg was. Na 3 km door en door nat. 'Gewoon' de 15 km volgemaakt.
Voor mij een hele fijne ervaring op nieuwe rengrond (Maasland, -sluis en -dijk). Zo met zijn 3-en veel gezelliger; de tijd én de kilometers vlogen voorbij.
Na afloop een herstel-shake, thee, cake en een warme douche. Lekker hoor.




Ik kreeg nieuwe renschoenen en deed een oefenrondje. Ze doen ut.


In de herfstvakantie kwam ons logeerkonijn. De eerste kennismaking verliep prima. Geen ruzie in de tent.




Omdat het baasje van Timmy een paar dagen naar Engeland was, gingen wij elke dag met hem spelen. Het was voor het eerst dat hij zolang alleen thuis was, maar hij bleek er geen moeite mee te hebben. Bij aankomst zagen we hem al zitten, op zijn gemak voor het raam koekeloerend naar alles en iedereen die voorbij kwam.




Ze wonnen twee bekers. Eén als derde van alle groepen 7 en 8. En één omdat ze Koningsschutter werden.


Zo was deze eerste herfstvakantiedag welbesteed.



Het was die dag een heerlijk loopweertje. na 8 dagen van niet-rennen, kon ik eindelijk weer eens op pad. Ik deed opnieuw een Bruggentraining. Dit keer ben ik 8x heen en weer geklommen en gedaald via de nieuwe fietsbrug over de A4 in aanbouw.
De nieuwe Barbie-schoentjes bleken ook dit weer prima te doen.



In de herfstvakantie kwam mijn Sparta-vriend logeren. Ik zag het niet aankomen. Ze lijken op elkaar, deze twee kwetteraars. Zo'n anderhalf jaar terug botste het enorm en alleen het noemen van zijn naam al, bracht een frons op zijn gezicht.
Hij is verhuist en we gingen naar de housewarming. Ik beloofde hem het er na een half uur gezien te houden als hij het er écht niet leuk vond. We waren er rond half vier en na half tien waren we pas weer thuis, gegeten en al. Wat hem betreft hoefden we nog láng niet naar huis.
En zo is het gekomen. Ineens was het dikke mik. Gezellig hoor.


Af en toe draai ik op een trainingsavond of zaterdagochtend een bardienst op de voetbalvereniging van Oudste.


Menig potje hebben we gespeeld in de vakantie. Ik heb al onze varianten weer voorbij zien komen.


Op een zaterdagavond mocht ik mijn verjaarscadeau innen. Omdat zij er bij was toen zo'n 20 jaar geleden mijn "liefde" voor Kapitein Haak opbloeide, heb ik al een museum vol attributen in het Peter Pan thema van haar gekregen. Nu draaide er een musical en zij vond dat ik daar persé heen moest.
We hadden echt een reuze gezellige avond in Ahoy, met als hoogtepunt zéker niet de musical. Tip: niet heen gaan.



Ik mocht met de groep 8 van Jongste mee op excursie naar het Schiedamse Jenevermuseum. Afsluitend mochten ze in het proeflokaal zelf aan de drank. Ja, gewoon siroop en zo hoor.


Kijk. Daar. Direct achter de voordeur. onder de kapstok. Op de kist van oom Cees. Die zelf niet terug kwam van Java, maar wél al zijn bezittingen. In deze kist.
Op die kist ligt Fritsie te wachten tot hij een sleutel in het slot hoort en er weer iemand thuis komt.


We maakten Halloween Cupcakes.


En Jongste ging weer mee, op jacht naar snoep.



Op naar november.